Volst is een unieke stad gelegen aan de noordoostelijke voet van de beroemde vulkaan Tohlikípû in de Zwarte Duinen. De stad maakt deel uit van Kobaque.

De stad werdt opgericht als verwerkingscentrum van de zwavel die op Tohlikípû wordt gewonnen. Deze zwavelontginning is de belangrijkste economische bezigheid van de stad, samen met kleine ontginning van ijzerertsen. Bijde zijn van belang voor Kobaque, maar vooral deze eerste kent ook grote export naar het buitenland.

Economische activiteiten

De economische activiteiten zijn veelal beperkt tot winning en verwerking van zwavel. Toch zijn er ook kleine randactiviteiten, waaronder de ijzerertswinning en de wildteelt van cactusvijgen. De stad exporteert grote hoeveelheden zwavel naar andere plaatsen en importeert diverse goederen om de behoefte van de bevolking te voorzien.

Zwavelontginning

De zwavelmijnen van de Volst zijn een van de belangrijkste bronnen van inkomsten voor de stad. Arbeiders reizen dagelijks op en af naar de vulkaan om de zwavel met de hand uit de vulkaan te kappen. De zwavel wordt gevormd door condensatie van giftige rook wanneer het uit de vulkaan ontsnapt. Metalen pijpleidingen zijn aangelegd om dit proces te bevorderen. Het giftige rook van de vulkaan is een constante bedreiging voor de werklieden. Veel volk is op de vulkaan gestorven aan verstikking, of stierf later aan respiratoire complicaties. De ruwe zwavel wordt verwerkt in een grote fabriek in de stad zelf, waar de werkcondities niet veel beter zijn. De fabriek is tevens de oorzaak van de grote luchtvervuiling in de stad.

IJzerertswinning

Naast zwavel wordt er ook ijzererts ontgonnen uit de hete lava van de vulkaan. Vroeger bestond er ook een kleine mijn voor ijzererts. Deze is echter niet langer open omdat de mijnbouwers per ongeluk een magma gang had geopend waardoor de onderste niveaus van de mijn zijn ondergelopen en de rest van de mijn gevuld is met dikke giftige rook. Een kleine hoeveelheid ijzererts wordt nog gewonnen uit de lava van Tohlikípû, maar de grootste fabriek is al ettelijke jaren gesloten.

Cactusvijg

Cactusvijg is het laatste van de drie belangrijke exportproducten in Volst. De plant groeit van nature in de Zwarte Duinen en een klein deel van de bevolking heeft zich gespecialiseerd als verzamelaars van deze vrucht. De cactusvijg wordt echter niet actief geteeld.

Armoede en criminaliteit

De regio van de Zwarte Duinen blijft in de eerste plaats een woestijnregio, en is arm aan natuurlijke grondstoffen. Volst moet bijna al haar noodzakelijke levensmiddelen importeren, wat voor relatief hoge prijzen zorgt. Bovendien zijn de zwavel en ijzererts fabrieken in handen van een kleine elite, die relatief mager betaald.

De straten van de arbeiderswijken zijn vuil. De luchtkwaliteit is slecht en de gezondheid van de arbeiders lijdt daarom ook onder het giftige milieu. De arbeiders zijn afhankelijk van de zwavelmijnen voor hun inkomsten en hebben weinig middelen om zich te verdedigen tegen de slechte omstandigheden. Criminaliteit is daarom niet vreemd in deze straten. Maar het is voornamelijk de georganiseerde misdaad die er werkelijk de touwtjes in handen heeft. Volst relatieve chemische milieu maakt een goede dekmantel voor drugsproductie. Ondergrondse drugslabo's zoeken hier een toevlucht, en een klein aantal maffiafamilies coördineren hier één van de grootste smokkeloperaties van de centrale hartlanden.