De tarasque komt voornamelijk voor in het zuiden van de Centrale Hartlanden, voornamelijk in de landen van Wehltir en Umíria. Een volwassen tarasque is ongeveer zo groot als een os: het lichaam en hoofd zijn gemiddeld 160 tot 190 cm en het weegt 140 tot 160 kg. Het dier is nauw gerelateerd aan de zuidelijke mantichora.

Net zoals de mantichora heeft de tarasque het hoofd van een leeuw men een mensachtig gezicht. Het heeft echter een enkele rij tanden met lange hoektanden. Verder heeft de tarasque ook een lange schorpioenachtige staart. Het dier verschilt echter van de mantichora in dat het zes poten heeft, lange gele manen en een bruin-groen geschubd lichaam met stekels over de hele rug en staart.

De tarasque jaagt voornamelijk op kleine dieren. De grootste prooien zijn meestal schapen. Het dier vormt dus een minder grote dreiging voor de dominante soorten daan haar zuidelijke verwant. De tarasque maakt zich meestal thuis in een grot, of een dichtbegroeit stuk bos.