De Doresjzee is gelegen in Elmíron, tussen de Avondlanden en Centrale Hartlanden in het noorden, en Zalamasj en Zanarkhaul in het zuiden. Ze heeft een gemiddelde diepte van 2117 meter, en een maximale diepte van 6438 meter. Na de vorming van de continenten lag zo'n 80% huidige oppervlakte van de Doresjzee boven de zeespiegel. Pas na het intreden van Endaril in Ittilia heeft de zee haar huidige vorm gekregen.

De Doresjzee speelt een belangrijke rol bij de ontwikkeling van de moderne beschavingen. De oudste sporen van beschaving in Ittilia zijn gevonden langs de kustregio's van Doresj- en Settanzeeën, en ook de eerste zeilschepen zouden hier zijn ontwikkeld. Over het algemeen wordt aangenomen dat de eerste echte zeelieden de Doresjzee bevoeren.

Tot op heden blijft de Doresjzee van belangrijke economische waarde voor de omliggende landen. Ze biedt toegang tot de belangrijkste handelsroutes tussen de noordelijke en zuidelijke regio's van Elmíron, aangezien Fevilsor de landbrug tussen deze twee regio's standvast blokkeert. Ook voor de visvangst blijft de Doresjzee een belangrijke bron.